Deze week gaat de oorlog in Jemen haar vierde jaar in. Sinds de start van het conflict ontbreken alle basisvoorzieningen, zoals medische zorg. Abdul Ghafar deelt zijn verhaal.

Abdul woont in een afgelegen dorpje in de bergen. De dichtstbijzijnde medische faciliteit is een door Stichting Vluchteling en IRC gesponsord gezondheidscentrum op twee uur afstand. Er zijn geen auto’s beschikbaar, en zelfs als die er waren, zijn de kosten van brandstof te hoog sinds de start van de oorlog. De mobiele gezondheidsklinieken komen iedere woensdag naar Abdul’s dorp.

Maar op een maandag ochtend vroeg werd zijn zoontje van 3 jaar, Abdullah, ziek. ‘Hij gaf over en had diarree. Ik wist dat de IRC gezondheidskliniek hier binnen twee dagen zou zijn’, aldus Abdul. Abdul bracht zijn zoon die woensdag naar de kliniek, en hij kreeg een infuus en medicijnen. De jongen leed ook aan acute ondervoeding. Maar hij had geluk: hij overleefde, hoewel zijn leven, net als iedereens leven in het dorp, kwetsbaar is.

Zonder de mobiele klinieken was mijn zoon gestorven in mijn armen

Abdullah is in hetzelfde jaar geboren als dat de oorlog in Jemen begon. ‘Sinds hij geboren werd, is hij ziek. Soms hebben we maar een maaltijd per dag. Soms eten we helemaal niet. Ik denk niet aan mijn eigen eten, ik denk aan mijn kinderen. Zonder de mobiele klinieken was mijn zoon gestorven in mijn armen.’

De oorlog gaat door en meer en meer burgers worden in gevaar gebracht. ‘De oorlog en de gevechten zijn de reden dat mijn zoon altijd ziek is, en waarom ik geen baan kan vinden. Ik wil veiligheid en zekerheid. Iedereen moet zich veilig kunnen voelen als ze hun huis verlaten.’

3 jaar oorlog

Wat de oorlog in Jemen zo verschrikkelijk maakt is dat burgers en openbare voorzieningen opzettelijk het doelwit zijn geworden van strijdende groepen. Internationale humanitaire wetten die voorschrijven dat faciliteiten als ziekenhuizen en scholen verboden gebied zijn tijdens gevechten, worden door zowel regerings- als rebellen troepen geschonden. Er zijn op zijn minst 4.500 luchtaanvallen uitgevoerd op gas-, elektriciteit-, transport- en andere voorzieningen, waaronder 68 aanvallen op gezondheidsklinieken en ziekenhuizen en 342 op onderwijsinstellingen. Door de verwoestingen dreigt voor 8 miljoen mensen hongersnood. Onder hen zijn 1.8 miljoen kinderen die leiden aan acute ondervoeding. Jemen staat op de rand van de afgrond.

Hulp

Sinds de uitbraak van de gevechten verleent Stichting Vluchteling in samenwerking met haar partner het International Rescue Committee (IRC) hulp onder extreem moeilijke en gevaarlijke omstandigheden. Iedere dag reizen mobiele gezondheidsklinieken gemiddeld 5 uur naar afgelegen gebieden om mensen te bereiken die volledig afhankelijk zijn van onze gezondheidszorg. Kinderen worden gescreend op ondervoeding en worden behandeld. We bieden inentingen om de verspreiding van ziekten tegen te gaan en levensreddende medicijnen voor de zieken. Helaas is dit lang niet genoeg in vergelijking tot het leed dat Jemen ondergaat.

Voor 21 euro kunnen wij al een kind helpen met een noodhulppakket, bestaande uit noodvoeding, schoon drinkwater en medicijnen. Help jij mee?