Aanvallen op Oost-Ghouta: Syrische arts vertelt weerzinwekkende werkelijkheid

Oost-Ghouta gaat gebukt onder één van de bloedigste aanvallen sinds de start van de Syrische burgeroorlog, die inmiddels 7 jaar duurt. Afgelopen week zijn er in een week tijd meer dan 500 doden gevallen. De VN noemt het een ‘hel op aarde’.

Foto: Abdullah Hammam/IRC

Ondanks afspraken over een wapenstilstand blijft het geweld toenemen in dit gebied net buiten Damascus. Het is een van de laatste gebieden onder controle van de rebellen die zich tegen het regime van Assad verzetten. Een Syrische arts, die werkt voor een van de lokale partnerorganisaties van onze partner het International Rescue Committee (IRC), doet zijn verhaal:

‘Ik werd gebeld om een zevenjarig jongetje te redden. Hij was op het balkon van zijn huis aan het spelen en kwam een bom tegen - die ontplofte. Zijn lichaam was een hoopje vlees zonder botten.'

Dit is slechts een van de gruwelijke voorbeelden die hij dagelijks meemaakt.

'In de ambulance werk ik als een machine. Ik voel niet, ik denk niet, ik werk alleen. Het is zwaar. Ik kan ieder moment gebeld worden, dus ik kan eigenlijk nooit echt rusten. Ik werk dag- en nachtdiensten. Een shift duurt 12 uur. Op een normale dag behandel ik 6 tot 10 patiënten. Momenteel zijn er dagelijks bombardementen en behandel ik er zo’n 50 per dag.’

In Oost-Ghouta wonen al meer dan 4 jaar 400.000 mensen onder de belegering, uitgesloten van noodhulp. In heel Oost-Ghouta zijn maar 95 dokters - één per 4.200 mensen - en 392 verplegers en verloskundigen. Recent zijn er zo’n 700 mensen getraind door de lokale partnerorganisaties van het IRC om de ziekenhuizen te ondersteunen als verplegers en paramedici.

Maar dit is niet genoeg.

‘Ik verplaats me van het ene naar het andere ziekenhuis, dus ik weet dat de medicijnvoorraad bijna op is. Ik maak me grote zorgen over de komende dagen en hoe we dit gaan overleven.

‘Éen maaltijd per dag’

De hoge voedselprijzen zijn momenteel ons grootste probleem, vooral sinds de laatste zes maanden. Kinderen verhongeren. Veel producten zijn niet meer beschikbaar, of ze zijn te duur. Mijn familie heeft meestal maar één maaltijd per dag. We hebben geen keus.

De bevolking in Oost-Ghouta lijdt mentaal onder de situatie. Jonge mensen praten over zelfmoord, ouderen raken depressief. Mensen vieren geen verjaardagen, zelfs als ze het zouden kunnen betalen. Dit uit respect voor de families die dit niet kunnen, of recent familieleden hebben verloren tijdens de aanvallen.

‘We vieren geen verjaardagen’

Iedere dag hoop en bid ik dat het conflict zal eindigen. Soms wens ik dat ik kon vluchten en buiten Syrië kon leven. Ik zie geen toekomst hier. Mijn droom is om mijn stad vrij te zien, vrij van bezetting.'

In Oost-Ghouta steunt Stichting Vluchteling in samenwerking met het IRC deze ambulance service, net als 5 gezondheidsklinieken. Het IRC vergoedt ook operatiekosten, medicijnen en medische voorraden. 

Lees hier  meer over het werk van het Stichting Vluchteling in Syrië.